VincentHunink



HOME VERTALINGEN | ALLE PUBLICATIES | INDEX | CONTACT




 


 BERNARDUS VAN CLAIRVAUX
APOLOGIE
Cisterciënzer visie  op benedictijns leven

VOORSCHRIFT
De Regel van Benedictus en zijn toepassing

vertaling Vincent Hunink,
inleiding en annotatie Guerric Aerden osco
Damon, Budel 2012

136 p.  24,90; ISBN 978 94 6036 054 1 (Apologie)
160 p.
 27,90; ISBN 978 94 6036 055 8 (Voorschrift)


In de dagen van Bernardus van Clairvaux (1090-1153) was het voor monniken in West-Europa gangbaar om te leven volgens de Regel van Benedictus. Maar hoe geef je een tekst van eeuwen terug in het dagelijks leven vorm? Daarover liepen de meningen uiteen. Strikt alles naar de letter volgen? Of juist alles 'vertalen' naar de eigen tijd en praktijk?

Dat laatste had in Bernardus' tijd ook gezorgd voor wat hij en zijn medestanders zagen als uitwassen: monniken die zich omringden met luxe-goederen en een heel comfortabel leven leidden. Vooral de abdij van Cluny werd mikpunt van kritiek op dit punt. Bernardus kreeg op zijn beurt het verwijt dat zijn strenge, wit-geklede Cisterciënser-monniken wel erg hard uithaalden naar de meer traditionele Benedictijnen van Cluny.

In een tweetal traktaten probeert Bernardus zijn positie nader te bepalen.

In de Apologie, een kort en vlammend betoog uit zijn vroege jaren, verdedigt hij zichzelf en zijn mensen tegen de kritiek dat ze Cluny zouden afvallen. Maar bij alle respect dat hij betoont voor 'de zwarte monniken' laat hij op handige wijze ook felle kritiek doorklinken. Sommige passages hebben een onmiskenbaar satirische toon. De Apologie laat zo iets zien van de verhitte debatten tussen de twee ordes.

Een langer en meer juridisch ingesteld traktaat is Voorschrift en ontheffing (de praecepto et dispensatione). Hierin ontwikkelt Bernardus, ook weer naar aanleiding van concrete vragen en kritiek, zijn denkbeelden over gehoorzaamheid en ongehoorzaamheid. Wanneer moet je de Regel strikt naleven? Wanneer is er vrijstelling mogelijk en wie bepaalt dat dan? Wat is eigenlijk (on)gehoorzaamheid, en hoe moet het individu zich schikken naar het gezag waaronder hij staat?

Veel van wat Bernardus zegt en schrijft is onvermijdelijk in eerste instantie tijdgebonden. Toch staan zijn teksten ook een spirituele lezing toe. Daarvoor wordt in deze uitgave volop gelegenheid geboden.

De twee traktaten in nieuwe Nederlandse vertaling zijn verschenen (oktober 2012) in de reeks Middeleeuwse Monastieke Teksten (MMT), in twee aparte banden. Daarin wordt geprobeerd teksten te ontsluiten door enerzijds nieuwe, frisse vertalingen, anderzijds uitvoerige noten en bijlagen. In deze duo-band bundelen vertaler Vincent Hunink en cisterciënzermonnik Guerric Aerden ocso hun krachten.
 


 



FRAGMENT (Apologie)


 

Vroeger en nu

 

IX (19) Wie had dat ooit kunnen denken toen de monastieke orde begon? Monniken die vervallen tot zo'n gebrek aan daadkracht... Ach, wat staan we nu ver af van de monniken uit de dagen van Antonius![1] Als die elkaar van tijd tot tijd uit liefde bezochten, ontvingen ze van elkaar heel gretig het brood van de ziel, waarbij ze het lichamelijk voedsel totaal vergaten. Zo brachten ze doorgaans de hele dag door met vasten voor hun maag, niet voor hun geest!

Ja, dat was de juiste orde: het belangrijkere deel het eerst bedienen.[2] Dat was onderscheiding bij uitstek: wat hoger staat krijgt meer. En dat was de ware liefde: grote zorg voor het verkwikken van de ziel. Want uit liefde voor de zielen is Christus gestorven.

Als wij nu samenkomen is dat, om de woorden van de Apostel te gebruiken, niet om te eten van de maaltijd des Heren.[3] Niemand is er op zoek naar het hemelse brood, niemand deelt het uit.[4] Geen aandacht voor de Schrift, geen aandacht voor het heil van de ziel, maar alleen onbenulligheden en gelach en woorden die verwaaien op de wind.[5] Bij de maaltijd gaat er evenveel roddelpraat door de oren als voedsel door de keel.[6] En terwijl je daar met alle aandacht naar luistert, eet je zonder maat.[7]

Lekker eten[8]

(20) Intussen verschijnt gerecht na gerecht op tafel. Vlees is het enige waarvan men zich onthoudt, maar ter vervanging daarvan komen er enorme moten vis, in dubbele gangen.

Heb je voldoende gehad van de eerste gang en begin je aan de tweede, dan krijg je het idee dat je helemaal nog geen vis op hebt. Zo goed verzorgd en culinair verfijnd is alles wat je krijgt voorgezet dat je wel vier of vijf gerechten kunt wegwerken... De eerste gangen werpen geen blokkade op voor de laatste, je verzadiging maakt je eetlust niet minder.

Nieuwsoortige aroma's verleiden je smaakpapillen, die dan langzaam ontwend raken aan de gewone kost. Exotische sauzen geven je weer nieuwe zin, alsof je nog niets binnen hebt. Ongemerkt raakt je maag overladen maar het gaat je niet tegenstaan: wat een variatie!

Voor pure ingrediënten, zoals de natuur ze heeft gemaakt, halen wij de neus op. Wij mengen juist van alles op allerlei manieren door elkaar. De natuurlijke smaken, die God aan producten heeft gegeven, laten we voor wat ze zijn en met kunstmatige smaakjes prikkelen we tong en keel.[9] Aan de normale behoeften[10] is uiteraard al lang voldaan, maar de zin in lekkere dingen blijft bestaan.

Neem bijvoorbeeld alleen al de bereiding van eieren, om over andere dingen maar te zwijgen. Op hoeveel manieren worden ze behandeld, ja mishandeld? Met hoeveel aandacht worden ze gekeerd en opnieuw gekeerd, gepocheerd, gekookt, gesnipperd?[11] En hoe dient men ze op? Gebakken, gebraden, gevuld, gemengd, apart... teveel om op te noemen. En waar is dat allemaal goed voor? Alleen om te zorgen dat ze niet gaan tegenstaan!

Zelfs de presentatie van voedsel is iets wat veel aandacht krijgt. Alles moet er van buiten zo mooi uitzien dat de aanblik evenveel plezier geeft als de smaak. Een reeks oprispingen geeft aan dat de maag vol zit, maar de nieuwsgierigheid is nog niet bevredigd. Maar terwijl de ogen zich laten verleiden door kleuren en de smaakpapillen door aroma's moet de arme maag het verduren. Voor hem geen fonkelende kleuren, geen strelende smaakjes, nee, hij moet alles maar zien te verstouwen. Zo raakt hij meer beladen en bedolven dan gesterkt.

(Apologie, c.19-20)



 


NOTEN

[1] De verwijzing is naar abba Antonius , de legendarische vader van het monachisme. Zijn beroemde levensbeschrijving vormt het beginpunt van de christelijke hagiografie. Vgl. Athanasius van Alexandrië, Verleidingen in de woestijn, het leven van de heilige Antonius, vertaald en toegelicht door V. Hunink, Athenaeum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, 2002, digitale versie Nijmegen, 20052 (online via www.vincenthunink.nl). De vroege cisterciënzers grepen graag terug naar het pre-benedictijnse monachisme. Vgl. Willem van Saint-Thierry, De Gulden Brief 13, o.c. blz. 40; Aelred van Rievaulx, Homélies sur les fardeaux selon le prophète Isaïe 10, 14. Pain de Cîteaux 25. Abbaye N.D. du Lac, Oka, 2006, blz. 141-142.

[2] Hier formuleert de abt van Clairvaux exact wat hij onder ‘ordening’ verstaat: het belangrijkste eerst.

[3] 1 Kor. 11,20

[4] Bernardus omschrijft zijn ambt als abt van Clairvaux meermaals met het beeld van de uitdeler van het brood, waarvan Christus de bakker is. Vgl. SCt 1, 1 (SBO I, blz. 3); Ep 106,2 (SBO VII, blz. 266).

[5] Vgl. Job 6,26 (volgens de Vulgaat)

[6] Volgens de Regel van Benedictus moet er tijdens de maaltijd een volstrekt stilzwijgen in acht genomen worden, en mag de lezing nooit ontbreken (Vgl. RB 38, 1.5).

[7] ‘Niets is zo oneigenlijk voor élke christen als overmaat’ (RB 39, 8).

[8] De nu volgende passages zijn schatplichtig aan antieke literaire genres zoals de satire en de schimprede. De kunst bestaat erin niets dan de feitelijke waarheid te zeggen, maar daarin zo te overdrijven dat het echt grappig wordt, evenwel binnen aanvaardbare grenzen. Bernardus blijkt deze kunst meesterlijk te beheersen. Vgl. inleiding.

[9] Achter deze zinnen steekt het natuurbegrip van de Vaders. Vgl. Willem van Saint-Thierry, De Gulden Brief 89, o.c., blz. 75: ‘Zemelenbrood en eenvoudig water, gewone groenten en peulvruchten zijn allerminst genotsartikelen. Maar in de liefde van Christus en verlangend naar innerlijke genieting is het bijzonder aangenaam om een gezonde maag daarmede tevreden te kunnen stellen. (…) Indien onze waanzin het zou toestaan zou het zeer makkelijk en aangenaam zijn te leven volgens de natuur, gekruid met Gods liefde. Is deze genezen dan lacht de natuur terstond het natuurlijke toe’. Zie verder J. M. Déchanet osb, “Le ‘naturam sequi’ chez Guillaume de Saint-Thierry”, in Collectanea Cisterciensia VII (1940) 141-148.

[10] Letterlijk meta necessitatis: het doel van het noodzakelijke, d.w.z. de legitieme basisbehoeften van de mens. Vgl. noot 146.

[11] Een twaalfde-eeuwse navolger van Bernardus’ satire voegde hier nog bij: nunc mollia, zacht gekookt.

 


 

SAMENSTELLERS

 


Guerric Aerden ocso (links) & Vincent Hunink (rechts)





RECENSIES


Uit recensie door J a n   S c h e e r s  in De Leeswolf (december 2012)


(over Apologie)
(...)
'De inleiding is merkelijk groter dan de eigenlijke vertaling van de Apologie, maar ze geeft voldoende historische context en uitleg om dit eeuwenoude betoog beter te kunnen plaatsen.

Het gaat dus concreet over de relatie tussen Cluny en Citeaux: twee verschillende interpretaties van de regel van Benedictus. De stijl is erg levendig en wij ontmoeten hier een abt die geen blad voor de mond neemt. Hij voert een debat met al zijn tegenstanders en critici, maar blijft tegelijk nederig en gericht op verzoening en bekering. Hij kiest voor eenheid in verscheidenheid, maar vooral voor de onderlinge liefde. Hij is vaak verrassend scherp in zijn aanklachten tegenover allerlei concrete mistoestanden, en verwijst tegelijk naar het evangelie als oplossing. Alles dient met liefde te gebeuren, daarom wil hij transparantie scheppen. In dit werk zijn heel wat annotaties opgenomen, een uitgebreide bibliografie en Bijbelregister. De geïnteresseerde lezer zal hier wel degelijk een retorisch meesterwerk leren kennen. Of hoe het verleden ons soms iets kan leren voor vandaag.'


(over Voorschrift)
(...)

'Het boek is duidelijk geschreven voor ‘insiders’ en geïnteresseerden in de geschiedenis van deze oudste monnikenorde van Europa. De rivaliteit tussen Cluny en Citeaux-Clervaux is tekenend voor tegenstelling die van alle tijden zullen zijn: de fundamentalistische interpretaties die vaak erg vreemd aandoen en afwijkingen genereren,  en een meer persoonlijke interpretaties, vanuit de concrete beleving en de empathie. Bernardus zal kiezen voor een moraliteit met een menselijk gelaat. Dat alle canonieke wetten ondergeschikt  moeten zijn aan het primaat van de liefde.

De lange inleiding is hier wel op zijn plaats, de argeloze lezer zou anders wat verdwalen in deze oude teksten. De realiteit van mensen die angstvallig volgens ‘aloude regels’ leven en zij die vooral de inspiratie willen ‘actualiseren’ is dus van alle tijden. Wellicht is zij ook aan de orde voor de huidige generatie monniken, die in de 21ste eeuw gehoorzaamheid beloven aan diezelfde Regel van Benedictus.'


===

Uit de korte bespreking door T K in Inspiratie  Magazine 1, 2013, p.24:
'Vincent Hunink vertaalde de Apologie eigentijds en toegankelijk. Een spiritueel voorwoord (...) geeft de lezer een relevante bril om het werk te lezen.

===

Uit de korte bespreking door W R in Herademing 79, maart 2013, p.28:
'Dat we van dit betoog na negen eeuwen zo mogen smullen is de grote verdienste van vertaler Vincent Hunink'

===

Beide boeken zijn kort gesignaleerd door F B in Benedictijns Tijdschrift 2013/1, p.47

===

Uit de besprekingen door H a r r y   v a n   R o y e n in De Kovel, monastiek tijdschrift voor Vlaanderen en Nederland, 27, maart 2013, 82-84:
(over Voorschrift:) '(...) Dat dit door Vincent Hunink vlot vertaalde geschrift dan ook nog een uitvoerig duidend en verhelderend notenapparaat meekreeg en zo helder is ingeleid, pareert elke verleiding om het ooit als een lichtzinnige of secundaire pennenvrucht van de grote cisterciënzermeester van de hand te doen'.

(over Apologie:) ' (...) De gedegen vertaling met uitgebreide annotatie en de inleiding van Apologie vormen een werkstuk dat ruime verspreiding verdient.'

===

Uit de recensie door N i c o  d e n   B o k  in kerk en Theologie 64, 2013, 192-3

'(...) De frisse vertaling van Vincent Hunink versterkt het levendige karakter van deze werkjes. Je hoort Bernard heel direct reageren op vragen van medemonniken, in een taal die regelmatig fonkelt. (...) De inleidingen en noten van Guerric Aerden zijn erudiet en compleet. Deze zorgvuldigheid heeft als nadeel dat kleinigheidjes juist gaan opvallen. (...)'

===

Uit de korte (her)bespreking door J a n  S c h e e r s  in De Leeswolf 3 (2013), 188

'(...) gedegen inleiding (...)'

===

Korte bespreking  door J a c q u e s   H e r m a n s in Tijdschrift voor geestelijk leven, 69,3 mei-juni 2013, 109-110
'(...) heuglijk nieuw voor ons taalgebied ...)'

===


Korte bespreking van Apologie  door R e n é   S t o c k m a n in Emmaüs april-mei-juni 2013, p.23-24

(...) De inleiding uitgewerkt door Br. Guerric Aerden, die het grootste deel uitmaakt van het werk, geeft een zeer goede situatieschets van het ontstaan van de cisterciënzers'. 'Opnieuw een zeer verzorgde uitgave in de reeks (...) Zowel de vertaling als de inleiding verdienen een pluim, en we kunnen alleen maar hopen dat meer van deze middeleeuwse geestelijke lectuur op deze wijze terug naar onze tijd wordt gebracht, met een uitstekende historische inleiding, die wel nodig is, en een hernieuwde vertaling die de tekst opnieuw vlot doet lezen.'

 

===

De uitgaven zijn vermeld in een groter overzicht van leverbare werken van Bernardus in het Nederlands, als bijlage bij een interview met Wim Verbaal in T e r t i o   van 21 augustus 2013, p. 10-11.

===

Uit de korte bespreking door E. N. op http://www.christusrex.be/bb/47 (november 2013):

"(...) Bernardus schetst er in een gedreven taal het portret van de ideale monnik. Het gaat om een modeluitgave van dit middeleeuws traktaat: degelijke inleiding, veel annotaties, uitgebreid register met oog voor de originele Latijnse terminologie … Een schitterende uitgave"  /  " Bij uitgeverij Damon zijn al meerdere boekjes van Bernardus van Clairvaux uitgegeven. Een briljant werk, want in het Nederlands is er echt niet zoveel. Komt daar nog bij dat deze uitgaven van Damon gewoon voortreffelijk zijn! "

===

Bespreking door I v o   D u j a r d i  n ocso, Bulletin de Spiritualité, 2014,182

'En 2009, les éditions hollandaises Damon ont eu l’heureuse initiative d’éditer une nouvelle série « Middeleeuwse Monastieke Teksten », Textes
Monastiques du Moyen âge. Le projet veut rendre disponibles, en néerlandais, dans un langage contemporain, à un niveau scientifique, des écrits monastiques
publiés entre 1100 et 1500, pour qu’ils soient accessibles à un large public qui – à défaut d’une connaissance du latin – veut nourrir sa vie spirituelle à partir
d’un contact direct avec ces perles de la spiritualité médiévale. Le fait d’ajouter au titre un sous-titre sensibilise déjà tout de suite le lecteur au thème de
l’oeuvre. Deux volumes sont parus en 2012. Le numéro 4, Apologie. Cisterciënzer visie op Benedictijns leven, offre l’Apologie de saint Bernard, avec le sous-titre
« La vision cistercienne sur la vie bénédictine ». Le numéro 5, Voorschrift. De Regel van Benedictus en zijn toepassing présente Le précepte et la dispense,
avec comme sous-titre « La Règle de saint Benoît et son application ». On a bien réalisé que des textes monastiques du Moyen Âge, pour être
goûtés avec fruit par un lecteur du troisième millénaire et toucher sa propre expérience spirituelle, nécessitent des introductions et des notes. L’édition les a
prévues d’une manière excellente. Sans ambitionner d’être exhaustives, on y trouve l’essentiel. Un index des éditions des sources, un autre des auteurs des études, et un
index biblique complètent les volumes. Une particularité précieuse est bien celle d’un index des mots-clefs, en néerlandais, avec l’original latin entre
parenthèses. Sans être une vraie concordance, ces derniers index aideront beaucoup pour retrouver les notes et comprendre le texte et les auteurs à travers
les divers contextes dans lesquels ils les ont utilisés. Ces modestes volumes – au maximum environ 150 pages – sont édités avec beaucoup de goût sous une couverture cartonnée, avec signet et jaquette. Chaque volume est illustré avec deux miniatures bien choisies qui rendront la lecture encore plus agréable. Voilà une initiative qui peut servir d’illustration pour la publication d’oeuvres monastiques du Moyen Âge en d’autres langues.'

===

' '







latest changes here: 19-09-2017




HOME VH / vincenthunink.nl

(c) 2017 V. Hunink

copyright statement  / contact