|
EGERIA
In het land van de bijbel
Reisverslag van een dame uit de vierde eeuw
Latijnse tekst en Nederlandse
vertaling Vincent Hunink,
inleiding Jan Willem Drijvers, Uitgeverij Verloren, Hilversum 2011
ISBN:
9789087041885
188 blz. ing. ; 19 EUR
In het jaar 381 vertrok een rijke Romeinse
dame, Egeria, vanuit haar woonplaats in het Westen van Europa, ergens in Spanje
of Zuid-Frankrijk. Zij begon aan een verre, adembenemende reis, helemaal naar
Palestina, Egypte en Syrië. In die voor haar afgelegen gebieden wilde zij met
eigen ogen de plaatsen zien die zij kende uit de bijbel.
Haar pelgrimsreis, een van de
allervroegste in zijn soort, is uniek: Egeria maakte onderweg aantekeningen van
wat zij allemaal zag en meemaakte. Die werkte zij later uit tot een volledig
reisverslag.
Eeuwenlang bleef de tekst onbekend, maar
in 1884 werd een manuscript gevonden waarin Egeria's tekst bewaard was gebleven.
De publicatie ervan vormde een wetenschappelijke sensatie van de eerste orde.
De tekst biedt een unieke, persoonlijke
kijk op de bijbelse wereld in de vierde eeuw. Bovendien is de auteur een vrouw
(uit de Oudheid zijn vrijwel geen teksten van vrouwen bewaard gebleven). Ook het
bijzondere Latijn, dat dicht bij de gesproken taal van de vierde eeuw staat,
maakt de tekst tot een uiterst belangrijk document.
In bestaande vertalingen komen de persoon
van Egeria en het bijzondere van haar reis niet altijd goed uit de verf. Dat
komt ook doordat Egeria een appendix aan haar verslag toevoegde die bijna even
lang is als het reisverslag zelf. In die appendix gaat zij heel gedetailleerd in
op de liturgische gebruiken en handelingen die zij in Jeruzalem heeft gezien.
Die passage is historisch belangrijk, maar laat Egeria naar de achtergrond
verdwijnen.
De nieuwe uitgave en vertaling wil de
tekst van Egeria zoveel mogelijk presenteren als een literaire tekst. Natuurlijk worden de nodige historische en
bijbelse bijzonderheden toegelicht. Het accent ligt echter op de verhalende
aspecten van de tekst. Zo worden de teksten van Egeria zoveel mogelijk voorzien
van datum-aanduidingen, zoals in moderne reisdagboeken, en via verbindende
teksten tot een lopend geheel gemaakt. Het werk opent middenin de weergave van
een excursie vanuit Jeruzalem naar de Sinaï en eindigt als Egeria op de terugweg
aankomt in Constantinopel. Daarom is ook kort aangevuld wat er over de eerdere
en latere reizen is te zeggen.
Het reisverslag toont Egeria's
enthousiasme over alles wat zij ziet. Haar blik is daarbij vooral christelijk en
bijbels gericht. Als een moderne toeriste is zij verrukt wanneer zij iets uit
haar bijbel 'herkent', of wanneer ze een plaats betreedt die daarin voorkomt.
Vol warmte spreekt zij over kluizenaars en bisschoppen die zij op heilige
plaatsen ontmoet. Kennelijk heeft zij als vrouw overal vrije toegang.
'In het land van de bijbel' biedt de kans
om met een voorname vrouw mee te reizen naar het midden-Oosten van de late
Oudheid en mee te kijken naar alle opmerkelijke dingen die daar te zien zijn.
Naast de vertaling staat de originele Latijnse tekst afgedrukt. Daardoor zijn
Egeria's woorden zelfs letterlijk te volgen.
FRAGMENT
maandag 22 april - dinsdag 23 april 384
in
Charan
En zo,
na drie dagen daar, moest ik nog verder trekken tot aan Carrhae -- want zo heet
de stad tegenwoordig; in de Heilige Schrift heet ze Charan.
Daar heeft Abraham gewoond, zoals geschreven staat in Genesis, waar de Heer tot
Abraham zegt: 'Trek weg uit je land en het huis van je vader, en ga naar
Charan,enzovoorts. Daar eenmaal aangekomen, in Charan dus, ging ik meteen naar de kerk
die in het centrum ligt. Even later zag ik ook de plaatselijke bisschop, een
echte heilige en man van God, ook hij een monnik en belijder. Kort daarna was
hij zo vriendelijk ons alle plaatsen te laten zien die we wilden.
Hij
leidde ons meteen naar een kerk buiten de stad, op de plek waar het huis van
Abraham had gestaan, dat wil zeggen, op de fundamenten ervan en met de stenen
ervan. Dat zei de heilige bisschop tenminste. Zodra we bij de kerk aankwamen,
werd een gebed uitgesproken, werd de betreffende passage uit Genesis voorgelezen
en ook nog een psalm voorgedragen, en na nogmaals een gebed en de zegen voor ons
van de bisschop, zijn we naar buiten gegaan. Tevens was hij zo goed ons te
leiden naar de put waaruit de heilige Rebekka water aandroeg. De heilige
bisschop zei tegen ons: 'Kijk, dit is de put waaruit de heilige Rebekka te
drinken gaf aan de kamelen van de dienaar van de heilige Abraham, ik bedoel:
Eliëzer.'
En heel vriendelijk liet hij ons zo alle bijzonderheden zien.
Die kerk
bijvoorbeeld waarvan ik zei dat die buiten de stad ligt, hooggeachte dames
zusters, waar vroeger het huis van Mozes had gestaan, daar is nu ook een
martelaarsgraf aangebracht, en wel van een heilige genaamd Helpidius.We hadden
het grote geluk dat we aankwamen op de dag voor de feestdag van de martelaar,
dus van de heilige Helpidius (23 april). Op die dag zouden van alle kanten, uit
alle gebieden van Mesopotamië, alle monniken naar Charan moeten komen. Dat gold
ook voor de ouderen die in eenzaamheid woonden, de zogeheten asceten,
vanwege de dag, die daar heel plechtig gevierd wordt, en omwille van de
gedachtenis aan de heilige Abraham; want het was zijn huis waar nu de kerk staat
waar het lichaam van de heilige martelaar is bijgezet.
Zo
hadden we dus onverhoopt het grote geluk dat wij de heiligen en echte mannen van
God, de monniken uit Mesopotamië, daar zouden zien! Ja, zelfs de monniken die
brede bekendheid hadden door hun reputatie of hun levenswijze! Ik had niet
gedacht dat ik hen ooit zou zien. Niet dat het voor God onmogelijk was mij ook
die gunst te verlenen: álle gunsten was Hij zo goed mij te verlenen. Nee, het
was omdat ik had gehoord dat die mannen niet van hun verblijfplaats vandaan
komen behalve met Pasen en op die dag (het zijn mannen die ook veel
wonderbaarlijke dingen doen), en omdat ik niet wist in welke maand de dag van
het genoemde martelaarsfeest valt. Zo was het dus op aanwijzing van God dat ik
aankwam op een dag waarop ik niet eens had gehoopt.
We
bleven dus ook daar een dag extra, vanwege de dag van het martelaarsfeest en om
die heilige mannen te kunnen zien. Zij waren zo goed mij heel vriendelijk ter
begroeting te ontvangen en met mij te praten, ik verdiende het niet. Zelf waren
zij daar daags na het martelaarsfeest niet meer te bekennen. 's Nachts nog
zochten ze de woestijn weer op: ieder naar zijn eigen kluis, elk waar hij
woonde.
Recensies
'(...) De productieve vertaler uit het Latijn VH laat het
karakter van het reisverslag goed uitkomen d.m.v. informatieve kopjes en
verbindende tekstjes in cursief. De wijze waarop hij zich erop heeft toegelegd
E's taalgebruik recht te doen is controleerbaar gemaakt door het werk tweetalig
te presenteren.'
uit de bespreking door
F B in Benedictijns Tijdschrift 2011/1, p.45
===
bespreking door W o l
t h e r K a s s i e s in
Hermeneus
83, 2011, 166
VOLLEDIGE TEKST: klik hier voor
afbeelding
===
(...) 'De 4e-eeuwse Egeria komt kortom in
Huninks weergave heel dicht bij de 21e-eeuwse lezer.
bespreking door J a c
o v a n d e r K n i j f f in
Reformatorisch Dagblad
21 juli 2011, p.23
VOLLEDIGE TEKST klik hier voor
afbeelding
===
'Ik ben echt blij: eindelijk is het
wereldberoemde reisverslag van Egeria in een eigentijdse, geannoteerde vertaling
beschikbaar. (...) Gelukkig wordt dit bijzondere boek ook nog eens degelijk,
wetenschappelijk verantwoord ingeleid. En alsof dat nog niet genoeg is: de lezer
krijgt de Latijnse tekst erbovenop. Een referentie-uitgave voor het komende
decennium'
J G (=J o h a n G i j s b r e
c h t s ) op www.christusrex.be
(eind 2011)
===
'Het boek is een aanrader voor iedereen die
geïnteresseerd is in vroege pelgrimages. (...) Egeria is a.h.w. de eigentijdse
stem die verstomde ruïnes weer tot leven wekt.'
uit de bespreking door A n n e t
v a n W i e c h e n op
www.oudheidweb.nl (7-1-11)
===
'(...) De vertaling door de bekende Latinist
en vertaler Vincent Hunink is voorbeeldig: modern, prettig leesbaar en een
fraaie weergave van de stijl van het origineel. Verloren gegane delen van het
resiverslag worden kort samengevat, zodat de lopende tekst goed te volgen is.
Samen met de heldere historische inleiding van de Groningse oud-historicus Jan
Willem Drijvers is dit boek een aanrader voor ieder die zich interesseert voor
de laat-Romeinse wereld en de geschiedenis van vrouwen en het vroege
christendom'
uit de bespreking door p r o f . d r .
E . A . H e m e l r i j k voor NBD Biblion (4-11-2011)
===
bespreking door Charles Vergeer in Filosofie
21,5 sept/okt 2011, 62-63
===
latest changes here:
17-09-2017 14:03
|
|