CULTUREEL TEGENWICHT
dankwoord
bij de uitreiking van de
prijs van het Nederlands Letterenfonds
voor de vertaler als cultureel bemiddelaar
tekst uitgesproken te Amsterdam op 9
december 2011
(niet anderszins gepubliceerd)
Dankwoord bij de prijs
van het Nederlands Letterenfonds
Dames en heren,
Op 28 november plaatste
het Reformatorisch Dagblad een uitvoerige recensie van een recente bundel
preken van Augustinus. Dat boek was het werk van een Augustinus-vertaalgroep uit
Eindhoven, waarvan ik deel uitmaak. De recensent, Klaas van der Zwaag, ging diep
op de tekst in. Maar geen woord over de vertaling, de vertalers, of zelfs maar
over het feit dat het hier een vertaling betrof.
Zoiets is voor vertalers
teleurstellend. Ze willen graag een beetje aandcht, een beetje erkenning. En dan
liefst niet met het obligate oordeel 'vlot leesbaar' of een treurig lijstje
fouten.
Maar het is ook mooi: de
vertaler is transparant, onzichtbaar geworden, en eigenlijk hoort dat ook zo. De
Nederlandse lezer leest de tekst als de woorden van de schrijver. Rechtstreeks.
Kennelijk zonder iets van een belemmering te ervaren.
Iets dergelijks geldt
ook voor een persklaarmaker, een typograaf, een redacteur of een uitgever, ja,
een boekbinder: als het goed is ziet de lezer hem of haar niet staan. En staat
zij of hij dus niet in de weg.
Toch valt de vertaler in
de literaire wereld wat sneller op. Hij, of zij, staat op een of andere manier
heel dicht bij de auteur. En loopt dus ook veel risico, moet zijn nek uitsteken.
Vertalen is riskant maar belangrijk werk. Daar hoef ik hier wel niemand van te
overtuigen...
Ik ben blij dat het
vertalen meer en meer in de aandacht komt en gewaardeerd wordt. In de media (een
beetje), op de universiteit (die van mij adverteerde meteen in de NRC met mijn
naam. Hier scoor je dus kennelijk mee! 10 jaar geleden was dit ondenkbaar). En
er is aandacht en waarderingv via activiteiten zoals de Nederlandse
Vertaaldagen, en ja, in de vorm van prijzen, zoals deze prachtige prijs
Dat die prijs bestaat
vind ik geweldig. Dat ik hem krijg stemt mij dankbaar en vrolijk. Ik kreeg het
bericht op een grauwe maandagmiddag in november. Niets speciaals voor gedaan,
geen competitie, geen opgefokte shortlist of vernederend TV-gala, de prijs kwam
gewoon via de telefoon aanwaaien. En bracht mij even een stukje zon en lente. --
Daarna ben ik gewoon doorgegaan met vertalen. Want dat zat ik op dat moment te
doen, en u zult het begrijpen: die paragraaf moest wél af.
Dat ik intussen
'cultureel bemiddelaar' ben, want dat staat toch in die prijs, en zelfs
'cultuurdrager', volgens de advertentie van mijn universiteit, maakt mijn goede
humeur alleen maar beter. Ik neem mezelf meestal wel serieus, maar toch niet zó
serieus.
Het prijzengeld zal ik
dankbaar gebruiken om een klein cultureel tegenwicht te bieden in deze toch
donkere tijden: ik kan er een of twee vertalingen mee financieren die echt de
moeite waard zijn. En dus commercieel onhaalbaar.
Graag dank ik het
Nederlands Letterenfonds en de jury voor de prijs. Ik ben er heel erg blij mee.
En ik dank ook alle uitgevers, redacteuren en collega's voor hun vertrouwen, hun
hulp en belangstelling. Én de trouwe lezers van klassieken, want zonder hen
heeft het werk geen zin.
Zolang zij, die lezers,
er zijn ga ik als vertaler door. Tot ik erbij neerval. Want prijs of geen prijs,
vertalen is en blijft iets prachtigs om te doen.
Dank u wel.

portretfoto in opdracht van het Nederlands Letterenfonds,
door (c) Rianne Randeraad (nov.2011)
(overname foto NIET toegestaan)
DOCUMENTEN
(PERS)

Vincent Hunink (b. 1962) receives the Dutch
Foundation for Literature’s Prize for Literary Non-Fiction. While pursuing an
academic career at the Radboud University in Nijmegen, he has managed to bring a
wide range of classical works within the reach of a broad readership. He has
translated from Latin and Neo-Latin philosophy, rhetoric, history, travel
accounts and didactic prose by well-known (Cicero, Tacitus, Caesar, Seneca and
Augustine) and less well-known authors, including recently
The Roman History
(Van
Troje tot Tiberius. De geschiedenis van Rome)
by Velleius Paterculus. The jury was impressed by the way in which he holds to
his principle of ‘old but new’. Hunink has had the courage, for instance, to
make the radical choice of translating Tacitus’
Histories
with a succinctness that closely follows Tacitus’ Latin, while his choice of
words is refreshingly contemporary. He also provides his translations with
outstanding annotations and introductions.
bron:
www.letterenfonds.nl

bron:
www.ru.nl

bron: NRC 3 december
2011 (tevens geplaatst in VOX [maandblad RU]/ 12/2011, p.46)

bron: De Gelderlander,
8-12-11
DOCUMENTEN (JURY/LETTERENFONDS)
Klik hier voor het
juryrapport over
Vincent Hunink
Klik hier voor de
brochure van het Letterenfonds
over alle drie de vertalers
|